-
Ontstaan van Belgie
Na een conferentie op 4 november te Londen erkenden de grote mogendheden op 20 december 1830 de scheiding tussen Nederland en België -
Onafhankelijkheid
Op 21 juli legde hij de eed af als eerste koning van de Belgen. Een maand later, een jaar na de aanvang van de revolutie, viel het Nederlandse leger, nu onder leiding van kroonprins Willem, België binnen via Limburg en Turnhout (Tiendaagse Veldtocht). Hoewel de Nederlanders het Belgische leger versloegen bij Houthalen, Hasselt en Leuven werden de Nederlanders door Frankrijk gedwongen zich terug te trekken. Het zou nog tot 1839 duren voordat koning Willem I het nieuwe België erkende. Omdat Maastr -
Koloniale verleden
Op 15 november 1908 werd de Kongostaat onder de nieuwe naam Belgisch-Congo officieel een kolonie van België. Congo was maar liefst 80 keer groter dan België zelf en had als hoofdstad Leopoldstad, het huidige Kinshasa. -
Eerste Wereldoorlog
De Eerste Wereldoorlog startte voor België op 4 augustus 1914 met het binnenvallen van Duitse troepen. Het lukte de Belgen alleen om de opmars van de Duitsers te vertragen, maar al in oktober moest het Belgische leger zich terugtrekken tot achter de IJzer. Een hardnekkige mythe wil dat vele Vlaamse soldaten een nutteloze dood stierven omdat ze de bevelen van de veelal Franstalige legerleiding niet konden verstaan. -
Interbellum
In 1919 werd het enkelvoudig algemeen kiesrecht ingevoerd, dat tot 1948 alleen voor mannen zou gelden. de drie zogenaamde nationale partijen, de katholieken, de socialisten en de liberalen.in 1935 herstelde de economie zich weer. In de jaren tussen de beide wereldoorlogen werd ook de sociale wetgeving aangepakt en dat resulteerde onder andere in stakingsrecht (1921), een achturige werkdag (1921) en minimumloon (1936). -
Periode 1945
Einde 2de wereldoorlog . -
1970: De eerste staatshervorming
Vanaf 1970 stond de politiek voornamelijk in het teken van de staatshervorming. Er volgde economische decentralisatie en met een grondwetsherziening kwam er een einde aan het unitaire België. België werd verdeeld in vier taalgebieden, drie cultuurgemeenschappen en drie gewesten. Het geheel van de staatshervorming strandde echter in oktober 1978 op Vlaams verzet en grondwettelijke bezwaren van de CVP, de partij van Wilfried Martens. -
1980: De tweede staatshervorming
Premier Martens zou drie regeringen nodig hebben voor de staatshervorming van 1980. Er kwamen twee gewestraden, met eigen bevoegdheden voor plaatsgebonden gelegenheden. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest - dat al wel erkend was in de staatshervorming van 1970 - werd pas verder uitgewerkt in de derde staatshervorming, deze heeft dus nog praktisch geen bevoegdheden. -
1988: De derde staatshervorming
De bevoegdheid van de gemeenschappen wordt uitgebreid met het hele onderwijs, met slechts een paar kleine uitzonderingen. Dit gaat samen met een uitbreiding van de bevoegdheid van het Arbitragehof, dat de mogelijkheid krijgt om de wetten en decreten te toetsen aan art. 10 (gelijkheidsbeginsel), 11 (discriminatieverbod) en 24 (vrijheid van onderwijs) van de Belgische Grondwet, om te vermijden dat één van de onderwijsnetten te dominant zou worden (in Vlaanderen -
1993: De vierde staatshervorming (Sint-Michielsakkoord
Met het Sint-Michielsakkoord wordt België ook formeel een federale staat. Op het federale, (nationale) niveau worden een aantal wijzigingen doorgevoerd om meer een federale structuur aan te nemen, zoals de samenstelling van de Senaat. Daarnaast komen er ook maatregelen om de regeringsstabiliteit te verhogen, o.a. door middel van de constructieve motie van wantrouwen -
2011-2012: De zesde staatshervorming (Vlinderakkoord
De splitsing van het arrondissement Brussel-Halle-Vilvoorde. Franstaligen in de faciliteitengemeenten zullen kunnen kiezen of ze op een Vlaams-Brabantse of Brusselse lijst stemmen.
Een beperkte hervorming van de Brusselse instellingen.
De financieringswet regelt de financieringsmechanismen van gewesten en gemeenschappen betreffende de overgehevelde bevoegdheden, regelt de fiscale autonomie van de gewesten en de financiering van de Brusselse instellingen.
Overdracht van bevoegdheden van federaal -
2001-2003: De vijfde staatshervorming (Lambermont- en Lombard-akkoorden
De gewesten krijgen bijkomende bevoegdheden (buitenlandse handel, landbouw en administratief toezicht op ondergeschikte besturen). Daarnaast wordt een aantal beschermingsmechanismen in de Brusselse instellingen afgebouwd, voornamelijk uit vrees dat de instellingen geblokkeerd zouden worden wanneer het Vlaams Blok (nu Vlaams Belang) een meerderheid zou halen in de Nederlandse taalgroep. In Brussel stemt een relatief groot aantal Franstaligen op deze partij.[5]