-
W-waar ben ik?
Wakker worden in een onbekende kamer, met een man naast je die je niet herkent, is een shock. Dat kan ik je verzekeren. Zeker als die man mijn echtgenoot blijkt te zijn, en ikzelf een vrouw van 40 blijk te zijn, niet de twintiger die ik me herinner. Geheugenverlies, zegt hij. Telkens als je gaat slapen, vergeet je alles weer, elke dag opnieuw, zegt hij. Kinderen? Nee, die hebben we niet, het spijt me. Dat ging niet met jouw geheugenverlies, maar we zijn gelukkig. Ik hou van je, Christine. -
Dokter wie?
Dr. Nash belde net via een toestel dat 'gsm' wordt genoemd. 'Een dokter? Waarvoor heb ik die nodig?' Hij blijkt mijn amnesie te behandelen. 'Weet Ben hiervan?' nee, blijkbaar weet mijn man van niks. 'Hij wilde het niet, maar jijzelf wel,' zegt dr. Nash. Vervolgens verteld hij dat ik een dagboek heb in een schoendoos in de kleerkast van onze kamer. 'Schrijf erin,' zegt hij. Ik doe wat hij vraagt. In het dagboek staan weken aan dagen met geheugenverlies. Op de eerste bladzijde: 'Vertrouw Ben niet' -
W-wat?
'Vertrouw Ben niet'? Het is niet mijn handschrift dat daar staat. Ben weet niet van dit dagboek, dus moet het dr. Nash wel zijn geweest. Waarom kan ik Ben niet vertrouwen? Ik besluit dan toch maar het dagboek te lezen. Misschien weet de ik van gisteren wel meer dan de ik vandaag. Geschokt kun je me gerust noemen, nu ik het heb gelezen. Blijkbaar probeer ik al weken mijn geheugen terug in elkaar te puzzelen, met wisselend succes... Maar één ding heeft me het meest verbaasd: ik had een zoon. -
Adam en Mike...?
'We hadden een zoon.' Dat is het eerste dat ik zeg wanneer Ben thuiskomt van zijn werk. Hij kijkt verbaasd. 'Ja.' Ik ben kwaad. Waarom verbergt hij zoiets belangrijks voor me? 'Adam. Maar hij is gestorven, het spijt me. Ik wilde je niet elke dag dat verdriet aandoen.' Ik begrijp de onderliggende boodschap: 'en mezelf ook niet.' Ik herinner me nog een naam. Mike. Een gezicht kan ik echter niet op hem plakken, net zomin als een achtergrond. Morgen vraag ik dr. Nash ernaar, besluit ik vastberaden. -
Mike Nash?!
Hoe kan er aan een simpele naam zo'n slecht gevoel vast hangen? Dr. Nash komt me ophalen, straks. Dan kan ik hem naar die naam vragen. Ondertussen kan ik beter het dagboek waarover hij me vertelde, lezen. Geschokt. Adam? Ben en ik hadden een zoon. Hij is gestorven. Adam... ik begrijp waarom Ben me er niet meer over verteld. Dat zou te pijnlijk zijn. 'Dr. Nash, kent u iemand met de naam Mike?' Stilte valt. 'Christine, mijn voornaam is Mike.' Het voelt slecht. Ik vlucht. Dit slaagt nergens op! -
Routine
ik werd wakker in een vreemde kamer met een vreemde man, een dokter belde me om te vertellen over mijn geheugenverlies en dagboek. Een dokter die ik volgens mezelf niet kan vertrouwen. Nee, volgens mijn dagboek. Ondertussen herinner ik me de naam Mike niet meer. Volgens een onbekend handschrift kan ik Ben ook niet vertrouwen. Oh, en we hebben een overleden zoon, Adam. Het wordt me allemaal teveel. Dr. Nash komt me trouwens ook ophalen om plaatsen te bezoeken die vast hangen aan mijn verleden... -
Een... instelling?!
Dr. Nash nam me mee naar een huis waar Ben en ik vroeger woonden. Een flashback bracht me inderdaad even naar een verleden waarin ik en Ben gelukkig waren samen. Het verwarde me. Waren dit echt mijn herinneringen? De instelling waar we daarna terechtkwamen, bracht een heel ander soort herinnering bij me op. Een duisternis die ik niet kende. Blijkbaar was ik in de tijd dat ik hier verbleef, nog veel slechter dan nu. Ik heb het bewijs gezien. Verwarde zinnen die op een blad waren gekrabbeld... -
Vakantie
Ben wilde plots op vakantie. Het was vreemd. Hij lijkt me geen persoon om vrij te nemen van zijn werk. We belandden aan de zee, in een hotelkamer die een vaag bekende sfeer uitademde. Dit voelde niet oké aan... Hij had het gevonden. Hij had alles gelezen. 'We hadden het goed samen! Waarom wil je je alles herinneren?!' schreeuwt Ben! 'Ik hou van je, Christine! Zij zijn niet belangrijk!' Hij steekt het dagboek in het vuur. Ik duw hem. Een gevecht. Overal vuur, en dan... niks meer. -
Waar ligt de waarheid?
Claire... Die naam herinnerde ik me vandaag. Ze was een jeugdvriendin van me. Ik moet contact met haar zoeken, zoveel is me duidelijk. Zij moet meer weten over wat er met me gebeurt is. Waarom ik nu zo ben. Maar hoe vind ik haar. Misschien eens in mijn dagboek kijken... Dr. Nash belde net. Ik vertelde hem over Claire, en dat ik niet wist waar ze was. Ik vertelde hem over wat ik gelezen had in het dagboek. 'Christine?' 'Ja?' 'Ik heb je vandaag niet over het dagboek verteld.' We stonden versteld. -
Ben!
Mike is dood, opgegeten door de vlammen. Mij konden ze nog net redden. Ben staat voor mijn neus. De échte Ben, niet de man die zich Ben noemde. Ik herinner me alles weer. Adam staat naast mijn bed, samen met Ben en Claire. Ze vertellen me wat er gebeurt is. En ik zeg dat ik me hen herinner. 'Ik hou van je, Ben.' Dr. Nash verteld me dat ik morgenvroeg opnieuw zonder geheugen kan wakker worden. Ik zeg dat ik het wel aankan. Ik ben terug thuis. Terwijl ik naar Ben kijk, val ik in slaap.