Muziek tijdlijn Mathieu van Uden V3c

  • Begin 20e eeuw:

    Ragtime: 'Verscheurd ritme', bass op de tel tussen hoge en lage noten, dansbare ritmes
    Blues: Droevig, zang belangrijk, emotie uiten belangrijker dan tekst, langzaam tempo, gitaar belangrijkst instrument
    Country: Amerikaans-Engels, vaak zang, vooral traditionele instrumenten, soms piano
    Gospel: In koren, vaak een solist erbij, veel call en response
  • Rond 1920

    Rythm & Blues: Gespeeld door jonge zwarte mensen in goedkope bars, dansbaar, in 4/4, backbeat, hoger tempo
    Jazz dixieland: Samensmelting veel muziekstijlen, in 4/4, veel improvisatie, Swing, hoofdmelodie: blazers, soms piano
    Hillbilly: commerciële country muziek werd Hillbilly country genoemd
    Spirituele muziek verandert weinig
  • Rond 1950

    Rock n roll: Hoog tempo, eerst piano uit boogie woogie, later vooral een gitaar die impoviseerde (lead guitar)
    Cool Jazz: Langzaam, lange noten, veel herhalende motieven, kleine bezettingen
    Bebop Jazz: Vaak blazers, tempo begeleiding ligt hoog, solist gebruikt korte noten en groot bereik noothoogte.
    Soul: zang, duidelijke betekenis, invloeden van gospel (achtergrond koor)
  • Rond 1960

    Merseybeat: Rythm&blues+RocknRoll+Soul+Skiffle=Merseybeat
    Serieuzere teksten, bijpassende kleren, haren, etc, vrijere vorm
    Eerste elektronische muziek
  • Rond 1970

    Raggae: tekst gaat over verzet voor zwarte ten opzichte van witte mensen of juist vrede onder elkaar, gitaarakkoorden na de tel, Zuid-Afrikaanse percussie
    Hard-Rock: Speakers hard, licht scheurende elektrische gitaar, gitaarsolo's, vaak maatschappelijke teksten
    Metal: Zwaar scheurend elektrische gitaar, speakers zo hard dat ze kapot gaan, begeleiding lage klanken, gitaarsolo's, maatschappelijke teksten, later ook grunten en double base
    Free jazz: jamsessies, improviseren terwijl je luistert
  • Rond 1970 (2)

    Fusion: Kenmerken liggen puur aan welke stijlen je mengt
    Disco: Drums zijn sterk ritmisch anker, iedere tel kickdrum, energiek en dansbaar, nadruk op bas-motieven
    Funk: Gebruik van elektronische instrumenten, veel instrumenten na de tel, energiek en dansbaar
  • Rond 1980

    House:
    -Remix: DJ's ter plekken liedjes remixen bij bijvoorbeeld klank, tempo, volume, samples erbij
    -Mash-up: DJ's mengen nummers die door onderliggende ritmes goed bij elkaar passen Rap:
    -Rythm and Poetry Rap: Op het ritme, teksten erg belangrijk,
    Vroege rap: op bestaande tracks
    Later: op tracks speciaal voor rappen
    -Beatboxing: Ritmische begeleiding met de stem
  • Rond 1980-90

    Dance (EDM): Steeds meer toepassing van steeds betere elektronische instrumenten, herhalende motieven
    Hardcore: Elektronische instrumenten, herhalende motieven, extreme klanken
    Dubstep: elektronische instrumenten, veel korte snelle motieven, dubstep-effect